Kerkelijk huwelijk
In 1648 kwam een eind aan de Tachtigjarige Oorlog. Spanje erkende de Republiek als soevereine staat en beide landen knoopten diplomatieke betrekkingen aan; in 1649 vestigde de eerste Spaanse ambassadeur zich in Den Haag, aan het Westeinde.
Achttien jaar later kocht een van zijn opvolgers het fraaie stadspaleis dat aan de overkant van zijn residentie lag, en vestigde daar zijn ambassade. Het pand kwam bekend te staan als het Spaansche Hof.
De ambassadeur liet boven het koetshuis een privékapel bouwen. Volgens een anoniem verschenen, maar aan de achttiende-eeuwse historicus Jan Wagenaar toegeschreven werkje had deze Spaansche kapel ‘een zeer grooten toeloop’ omdat hier ook in het Nederduitsch werd gepredikt.
In 1811 verkocht Spanje de residentie, waarna de kapel werd gesloten voor erediensten. Op aandringen van gelovigen werd de kapel in 1816 echter heropend en in 1832 werd het gebouw verkocht aan de Jezuïetenorde.
Twee jaar later, op 13 augustus 1834, tegen tweeën wandelde Willem Hendrik Hofmans met zijn kersverse bruid Helena Lindeman, zijn ouders, haar moeder en hun overige gasten van het Stadhuis naar het Spaansche Hof – een wandeling van zo’n 5 minuten.
Daar, in de Spaansche kapel, werd hun huwelijk ingezegend door I. Koedijk SJ.
[12 september 2018]